WHERE ABOUTS

Fausto Coppi &  Over the Hill op de Passo Pordoi

De voorbereidingen voor de Tour for Life gaan voor de renners van Over the Hill nu echt de laatste fase in. En dat net in een periode waarin voor de meeste van ons geldt dat het tijd is voor een welverdiende vakantie. Na maanden door buffelen op het werk (of een weekje blokken voor de laatste proefwerkweek) is de tijd nu aangebroken om de stress volledig los te laten. Maar in plaats daarvan gaat de stress nu pas echt oplopen. Hoe staat het met mijn conditie opbouw? Heb ik wel voldoende kilometers gemaakt en heb ik voldoende kracht om de bergen op te komen? 

Deze vragen zijn overigens makkelijk te controleren wanneer je het trainingsschema voor Tour for Life erbij pakt. Maar dat nuttige document wordt in de resterende fase van de voorbereiding angstvallig weinig geraadpleegd omdat een nauwgezette uitvoering van de strenge trainingsschema’s niet door iedereen even precies wordt opgevolgd, om het maar voorzichtig te formuleren. Daarnaast is het ook opvallend om te zien dat enthousiast begonnen aanmeldingen via STRAVA inmiddels angstvallig zijn stilgevallen. Komt dit door de indrukwekkende kilometers van Mihaly die een demotiverende werking hebben op de rest van het team of is iedereen inmiddels “King of the Mountain” in zijn trainingsgebied in het vlakke Nederland?

We moeten gissen naar de redenen hiervan en ook de verblijfplaats van de zomerse trainingskampen van een aantal renners van Team Over the Hill is onduidelijk. De echte pro van Team Over the Hill maakt hier geen geheim van. Hij weet wat de consequenties kunnen zijn van het niet opgeven van  je “WHERE ABOUTS”, een term uit de topsport die bij mij altijd de vergelijking met de fantastische tekeningen van Waar is Wally oproept: ik zie dan een enorme kaart voor me met de bergketens van Europa erop die volledig is vol gepriegeld met karikaturale vakantiegangers: files van uitpuilende gezinsauto’s en overhangende caravans met rood aangelopen families op bergpassen. Propvolle campings op alpenweides met dikke vaders met witte benen die volledig verstikt zijn in scheerlijnen en overvolle stranden met blerende kinderen die met hun vingers tussen klapstoelen zitten terwijl moddervette moeders in bloemetjes badpakken zittend op leeglopende luchtbedden wegdrijven richting een waterval op een overlopend bergmeer. En daar tussen moet je dan het schriele lijfje van Rasmussen ontdekken met een gele trui op een mini racefietsje.

De vergelijking met Wally noch Rasmussen gaat natuurlijk niet op voor de teamleden van Over the Hill. Ten eerste zijn ze meteen overal uit duizenden te herkennen door hun staalblauwe wielrenshirts en daarnaast zijn ze zich bewust van de consequenties van het niet correct opgeven van hun WHERE ABOUTS: niet dat ze daarmee door het ontlopen van dopingcontroles meteen uit de Tour for Life worden gezet, maar wel dat bij het niet voldoen aan de trainingsschema’s de man met de hamer zich onverbiddelijk zal melden in de beginfase van de Tour. Ik beschik nog niet over het volledige overzicht van de renners, maar van een aantal is nauwgezet bekend waar ze, ook tijdens hun welverdiende vakanties, toch consequent doorwerken aan de opbouw van de conditie voor Tour for Life.

Bas kiest daarbij voor een nogal drastische methode: hij heeft besloten om met een loeizware fiets plus volgepakte bagagewagen door Nederland te gaan toeren om daarmee de afwezigheid van bergen te compenseren. Om de uitdaging nog groter te maken heeft hij daarbij voor een aantal dagen een charmante dernyrijdster ingeschakeld die met een supersnelle elektrische fiets het tempo hoog houdt. Ook Hans pakt de zaken rigoureus aan door te kiezen voor de Mont Ventoux als  ideale trainingsomgeving. Voorafgaande aan de doorkomst van de Tour de France heeft hij deze ploert verschillende keren bedwongen en daarbij een indrukwekkende bijdrage geleverd aan de mythevorming rondom de grote kale berg.

De minder ervaren renners Siebe, Hubert, Marc en Hajo hebben het Handboek van de Bergfietser er maar eens bij gepakt en besloten om een paar dagen neer te strijken in de Dolomieten. Onder het motto rustig aan beginnen werd gekozen om uit de indrukwekkende grafiekjes van bergpassen en ritten uit het handboek voor de eerste tocht te gaan voor een rondje waar het minste rood in voorkwam, dat wel zeggen met beklimmingen met hellingspercentages zoveel mogelijk onder de 10%. Dit leek in eerste instantie een verstandige keuze, zeker toen Hajo zich in zijn ijver om met een stevige cadans om hoog te gaan zich bij de eerste beklimming van de Pinei volledig opblies op uitgerekend dat stuk dat in het rood stond aangegeven, wat hem een nog veel roder hoofd opleverde. Ondanks zijn kleurenblindheid werd hem in één keer duidelijk wat “volledig in het rood gaan” nu echt betekent.

Bijgekomen van de eerste beklimming werd besloten om in het vervolg klimmen in eigen tempo als adagium te hanteren. Dit resulteerde in het wegspurten van Hubert en Siebe, maar ook zij werden snel wijzer op de 10 kilometer lange beklimming van de Passo di Nigra. Gedurende de dag werd duidelijk dat een rondje in de bergen wat meer van de renner vraagt dan een rondje Achelse Kluis of Naardermeer. Uiteindelijk kwam iedereen in eigen tempo na 120 kilometer met 3000 hoogtemeters  weer veilig aan in ons fraaie chalet in Wolkenstein, waar Marianne en Caroline met smart op ons zaten te wachten. Dus zo voel je je na een dagje Tour for Life, moesten wij vertwijfeld constateren, waarbij opeens de waarheid van “zalig zijn de onwetenden” haarscherp voor ons opdoemde aangezien deze tocht het slechts één van de acht etappes betrof.

De volgende dagen werden dan ook  met een tandje minder ingevuld: de Sella ronde met 60 kilometer en 2000 hoogtemeters bleek een prima alternatief voor het opbouwen van vertrouwen in de bergen. Het stijgen en dalen van de Sella, Pordoi, Campolongo en Gardena passen ging ons steeds makkelijker af, waarbij de jonge garde het klimmerstempo bepaalde en de ouderen in eigen tempo gestaag volgden. Uiteraard werd daarbij onderweg op de top van de Pordoi een eerbetoon geleverd bij het standbeeld van Fausto Coppi. Gaven de Belgen bij het standbeeld van Mercx op de Stockeu al aan dat hij de grootste renner aller tijden is, de Italianen kiezen hier uiteraard voor Coppi. Dit statement gemaakt in de nabijheid van de indrukwekkende toppen van de Dolomieten legt daarbij duidelijk meer gewicht in de schaal.

Marc moest de hoogtestage wat eerder afronden maar Hubert en Siebe hadden de smaak goed te pakken. Na nog wat geduldige beklimmingen met Hajo werd besloten dat zij de week in stijl gingen af sluiten met het bedwingen van de Passo di Giau. Voorafgaande hieraan moesten wel eerst de Sella en Fedaia worden beklommen. De jonge talenten hebben het monster uiteindelijk bedwongen (een klim van 9 km met 900 hoogtemeters en stijgingspercentages boven de 15%) maar waren daarnaast eigenlijk ook wel weer blij dat in Cortina d’Ampezzo de ploegwagen op ze stond te wachten om ze terug te brengen naar Wolkenstein. Daar aangekomen vormden het uitgesproken respect van de berggids en eigenaar van ons chalet het grootste compliment wat de jonge renners konden ontvangen. Deze dagen in de Dolomieten waren niet alleen prima voor het opbouwen van conditie maar vormden ook een schitterend decor om te genieten van fietsen en wandelen in de bergen.

De WHERE ABOUTS van Hubert, Siebe en Hajo krijgen een vervolg want de komende weken vormen de geboortegrond van Pantani in de Marche en de “Strada Bianchi” in Toscane de volgende trainingslocaties. De stress van zowel werk als onzekerheid over Tour for Life verdwijnen in Italië langzaam naar de achtergrond: ontspanning door inspanning begint langzaam zijn beslag te krijgen. Ik ben benieuwd naar de WHERE ABOUTS en trainingsverslagen van de overige renners van Over Hill, verslagen worden uiteraard meteen geplaatst op het blog!

No comments:

Post a Comment